10.00 uur: Bezoek aan het Adema-orgel van de Sint Brigittakerk te Ommen. Adres: Nering Bogelstraat 1a, 7731 EL Ommen
In 1878 bouwde de firma C.B. Adema & Zn. uit Leeuwarden een nieuw orgel voor de Sint Brigittakerk te Ommen. Het was van oorsprong een balustrade-orgel met acht stemmen op één manuaal en met aangehangen pedaal. In de kerk was sinds 1864 een oud kabinetorgel aanwezig, afkomstig van de parochiekerk te Heino. In 1938-1939 plaatste Adema het instrument in het huidige kerkgebouw tegen de achterwand van de koorzolder. Zowel de Fernfluit 8′ als de Trompet 8′ waren niet aanwezig. Door Hubert Schreurs is het orgel in 1954 gerenoveerd. De mechanieken zijn vernieuwd. Op de lege plaats van de Fernfluit werd een Nasard 2 2/3′ geplaatst. Op de gereserveerde plaats van de Trompet plaatste Schreurs een Terts 1 3/5′. In 1975 bouwde de firma Koch het orgel om tot een tweeklaviers instrument met een vrij pedaal. Er is een onderbouw gemaakt, waar de kas op is geplaatst. De windvoorziening, mechanieken en klaviatuur zijn nieuw gemaakt. Van het eerste klavier werden enkele registers (Viola 8′, Fluit 4′) verplaatst naar het nieuwe tweede klavier. Er is een Trompet toegevoegd aan het hoofdwerk. De firma K.H. Hagels wijzigde het orgel in 1989. De Trompet verhuisde naar het Nevenwerk, dat werd uitgebreid met een Woudfluit 2′. De Sesquialter III sterk van het Nevenwerk werd gewijzigd in een Mixtuur I-III sterk op het hoofdwerk. In 2021 is het orgel gerestaureerd door Klaas Herman Hagels. Daarbij is de kas geschilderd in wit en geel. Op de orgelkas zijn kleine beeldjes van engeltjes geplaatst. Met behulp van pijpwerk uit de Mixtuur zijn op het hoofdwerk een Quint en een Terts geplaatst. Het tweede manuaal is uitgebreid met een Nasard 2 2/3′.

Dispositie:
Hoofdwerk (C-f”’): Prestant 8′, Bourdon 8′, Octaaf 4′, Quint 2 2/3′ – 1975, Octaaf 2′, Terts 1 3/5′ – 1975.
Nevenwerk (C-f”’): Roerfluit 8′ – 1975, Viola 8′, Fluit 4′, Nasard 2 2/3′ – 2021, Woudfluit 2′ – 1989, Trompet 8′ – 1975.
Pedaal (C-d’): Subbas 16′ – 1975.
Koppelingen: Hoofdwerk – Nevenwerk, Pedaal – Hoofdwerk, Pedaal – Nevenwerk.
Speelhulpen: Tremolo.

12.00 uur: Lunch in Ommen, er zijn in Ommen diverse eetgelegenheden.

14.00 uur: Bezoek aan het Holtgräve-orgel te Dalfsen.Adres: Kerkplein 31, 7721 AD Dalfsen.
Het orgel werd door een onbekende bouwer gebouwd voor de Nederlands Hervormde Kerk in Hengelo (Overijssel). Maar het lijkt bijna zeker dat het om een werkstuk van J.H. Holtgräve gaat. Het had oorspronkelijk slechts één manuaal en aangehangen pedaal. In februari 1844 werd het in gebruik genomen. Bij de bouw gebruikte Holtgräve een grote hoeveelheid pijpwerk uit de tweede helft van de achttiende eeuw. In 1878 werkte de zoon van de bouwer aan het orgel. Veel oud pijpwerk is door hem vervangen. Bakker & Timmenga voegden in 1893 een tweede manuaal toe. In 1930 verhuisde het orgel naar Dalfsen. Deze werkzaamheden werden uitgevoerd door de firma Valckx & Van Kouteren. In 1966/1967 is het geheel gerestaureerd door Hendriksen & Reitsma. Adviseur bij de werkzaamheden was Wim van der Panne, die het orgel ook bespeelde tijdens de heringebruikname op 9 maart 1967. In juni 2014 is de firma Van Vulpen gestart met een restauratie van het orgel onder advies van Aart van Beek. Bij deze restauratie is de intonatie herzien, met als uitgangspunt het klankbeeld van 1893. De Kromhoorn van het tweede manuaal werd vervangen door een nieuwe Klarinet, terwijl de Sesquialter en Cimbel werden verwijderd. Op het Hoofdwerk werd de Bourdon 16′ gereconstrueerd, de Viola verhuisde naar het tweede klavier en de Roerfluit 8′ en Holpijp 8′ werden van klavier gewisseld. Op 24 september 2015 is het orgel weer in gebruik genomen. Het werd bij deze gelegenheid bespeeld door adviseur Aart van Beek en de organist van de kerk, Gerrit Hoving.

Dispositie:
Hoofdwerk (C-f”’): Bourdon 16′ – 1844/2015, Prestant 8′ – 18e eeuw/1844/1967, Holpijp 8′ – 1893, Octaaf 4′ – 1844, Fluit 4′ – 18 eeuw/1844, Quint 3′ – 1878, Octaaf 2′ – 1878, Cornet IV sterk (8′) (discant) – 1844, Mixtuur III-IV sterk (2′) – 18e eeuw/1844/1967, Trompet 8′ – 1930.
Bovenwerk (C-f”’): Roerfluit 8′ – 1893, Viola 8′ – 1893, Prestant 4′ – 1967, Roerfluit 4′ – 1967, Woudfluit 2′ – 1893, Klarinet 8′ – 2015.
Pedaal (C-d’): Subbas 16′ – 1893, Prestant 8′ – 1967, Octaaf 4′ – 1893, Fagot 16′ – 1967, Trombone 8′ – 2015.
Koppelingen: Manuaalkoppel, Pedaal – Hoofdwerk.
Speelhulpen: Tremulant.